Beleid fiscus rond bedrijfsopvolgingsregeling deels openbaar

ingevoerd op 30-07-2018

Naar aanleiding van een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur heeft de staatssecretaris van Financiën ongepubliceerd beleid over de bedrijfsopvolgingsregeling openbaar gemaakt. Dit voorheen ongepubliceerd beleid bestaat vooral uit diverse antwoorden van kennisgroepen van de fiscus op vragen.

De staatssecretaris van Financiën kreeg het verzoek om inzicht te geven in ongepubliceerd beleid over de toekenning van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit (BOF) in de Successiewet 1956. De verzoeker had de indruk gekregen dat de ambtenaren van de Belastingdienst strenger zijn in het toelaten van de BOF dan volgens de wet zou moeten. De staatssecretaris heeft het verzoek gedeeltelijk toegewezen. Hij heeft diverse antwoorden van kennisroepen over de BOF gepubliceerd. De kennisgroep stelt bijvoorbeeld dat het subjectieve beleggingsoogmerk van een aanmerkelijkbelanghouder niet relevant is voor de vraag of zijn belang kwalificeert voor de BOF. Een ander voorbeeld ziet op achtergestelde leningen aan werkmaatschappijen, die volgens de kennisgroep als beleggingsvermogen kwalificeren. Ook kan men zien wat de rol van cumprefs is binnen de BOF. De staatssecretaris laat antwoorden op rechtsvragen ongepubliceerd voor zover zij kwalificeren als persoonlijke beleidsopvattingen.

 

Wet: art. 35b SW 1956 en artt. 3 en 11 Wob

Meer informatie: ministerie van Financiën 23 juli 2018, kenmerk 2018-0000119906

 

Bron: Taxence, 25 juli 2018